Pas nadat anderen verhalen beginnen te vertellen en je zodoende datgene wat je van je ouders hebt gehoord, kunt plaatsen in een breder verband, wordt het mogelijk om aan die verscheidenheid van verhalen, informatie en emotionele indrukken een waarde toe te bedelen.
Als er aan je moeder in twee boeken en op een tentoonstelling aandacht wordt besteed, besef je in één keer dat er dus geen honderden anderen waren die ook een dagboek bijhielden. Als je hoort dat er in Nederland vooral in de eerste jaren van de oorlog vrij weinig verzet was en je vader in 1942 al voor het eerste wordt gearresteerd voor verzetactiviteiten dan weet je dat hij een uitzondering is en geen onderdeel van de norm.
Als je je dan realiseert dat én je vader én je moeder, volledig onafhankelijk van elkaar beiden op hun eigen manier een belangrijke rol hebben gespeeld in de oorlogsjaren dan begint het langzaam te dagen dat dit een unieke gebeurtenis is.
Al die jaren lagen de belangrijkste ingrediënten voor dit boek zo voor het oprapen. Het oorlogsdagboek van mijn moeder en het oorlogsarchief van mijn vader.
Het heeft heel wat jaren geduurd voordat dit besef bij mij begon te dagen. Het is dat besef dat mij er toe heeft aangespoord om deze unieke geschiedenis vast te leggen. Om hun oorlog te plaatsen in het grotere verband van de Tweede Wereldoorlog. En wat de aanleiding hiertoe was zowel wat betreft de oorlog zelf als de achtergrond van waaruit mijn ouders hun acties voerden.
Mijn vader heeft nooit echt over de oorlog kunnen praten. Zowel hijzelf als de tijd waarin hij leefde (hij stierf in 1977) was daar in zijn tijd nog niet aan toe; hij is duidelijk te vroeg gestorven. Pas in de 80er en 90er jaren van de 20ste eeuw begon de samenleving daar interesse en begrip voor te tonen. Emoties heeft hij altijd veel liever voor zich gehouden, dat maakt de gedichten, die hij op 21 jarige leeftijd schreef, des te waardevoller. In het dagboek van mijn moeder is dat hetzelfde, de meest interessante passages zijn haar persoonlijk ervaringen en emoties die ze weergeeft tussen de myriade van wereldomvattende gebeurtenissen. Met gejuich meldt ze elke vordering van de geallieerden en de nederlagen van de vijand.
Ik heb niets in hun jeugd kunnen vinden waaruit men zou kunnen concluderen dat hun oorlogsactiviteiten een duidelijk gevolg waren van wat ze in hun tienerjaren deden of dat hun ouders daar een belangrijke drijfveer in zijn geweest. Misschien juist het tegenovergestelde. En na de oorlog waren het eigenlijk weer net dezelfde mensen als voor de oorlog, net zoals de meeste anderen om hen heen. Maar in die Tweede Wereldoorlog hebben ze allebei iets uitzonderlijks gedaan – iets wat de meeste anderen om hun heen niet deden. Zeer bewust begaven ze zich allebei op een terrein waarvan ze beide wisten dat ze daarmee hun leven zowel als dat van hun familieleden op het spel zetten. Maar hun innerlijke drang naar vrijheid en rechtvaardigheid was duidelijk groter dan angst en ze werden daarbij daadwerkelijk gesteund door hun families. Dat gevoel herken ik zelf ook heel sterk het is dan ook met dat gevoel van binnen waarmee ik de oorlog van mijn ouders ben gaan onderzoeken.
Paul Budde
Volgend hoofdstuk: Dagboek Anny Budde